, [], Whether the debt of punishment remains after sin?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Toen zeide David tot Nathan: [21]Ik heb gezondigd tegen den HEERE! En Nathan zeide tot David: De HEERE heeft ook uw zonde [22]weggenomen, gij zult niet [23]sterven. 21. Zie de verklaring van deze bekentenis in Ps.51:. 22. Hebreeuws eigenlijk, doen overgaan, doorgaan, voorbijgaan; dat is, vergeven, kwijtgescholden. Alzo onder, hfdst.24 vs.10; Job 7:21. Vergelijk 1 Kron.21:8; Spreuk.19:11; Amos 7:8; Micha 7:18, en Zach.3:4. 23. Dat is, Ik zal u om deze zonde met den dood noch tijdelijk noch eeuwiglijk straffen, hoewel gij het volgens uw eigen vonnis, vs.5, en mijn rechtvaardigheid wel verdiend hadt.